Netherlands’ OPDUVEL webzine beautifully reviewed TONUS – Intermediate Obscurities III – a graphic score performed by the TONUS octet at 2019′ Spontaneous Music Festival in Poznan, curated by Andrzej Nowak.

“Dirk Serries heeft nooit een geheim gemaakt van zijn hang naar minimalisme. Sinds enkele jaren heeft hij daarvoor de ideale uitlaatklep gevonden in de vorm van het project Tonus. Dat is een gezelschap van wisselende grootte en met wisselende muzikanten, waarbij die muzikanten op basis van een grafische score en een paar verbale aanwijzingen op minimale aanwijzingen improviseren.
Op 5 oktober 2019 speelde een Tonus-incarnatie op het Spontaneous Music festival in het Poolse Poznań en een weergave van dat concert is nu uitgebracht. De samenstelling van het achtkoppige ensemble is als volgt: Paweł Doskocz en Dirk Serries (akoestische gitaar), Andrew Lisle (percussie), Ostap Mańko (viool), Witold Oleszak (piano), Anna Szmatola (cello), Benedict Taylor (altviool) en Colin Webster (altsaxofoon).
De titel van het album is Intermediate Obscurities III. Eerder zijn Intermediate Obscurities I en IV als dubbel-cd verschenen bij A New Wave of Jazz, het label van bandleider Serries. Op die uitgave zijn ook Webster (beide uitvoeringen) en Taylor (alleen IV) te horen, maar voor het overige is sprake van een heel andere Tonus-samenstelling. Muzikaal betekent dat, dat het oorspronkelijke idee achter de muziek hetzelfde blijft, maar dat de invulling door de muzikanten heel verschillend is.
Het mooie van het Tonus-project is dat de muziek strikt minimalistisch blijft, maar dat elke muzikant binnen de beperkingen die zijn opgelegd zijn eigen visie en klankkleur heeft. Het is een spel van inhouden en luisteren, het eerste om recht te doen aan het minimale uitgangspunt, het tweede om te kunnen responderen op het spel van de andere muzikanten. Het is knap dat ondanks de vrij grote bezetting de muziek steeds klein wordt gehouden en nergens ook maar enigszins naar ensemblemuziek neigt. De gezamenlijkheid zit in het subtiel inhaken op elkaars improvisaties.
Dat wil niet zeggen dat er geen ruimte is voor weerbarstigheid of voor dynamiek. Wat dat laatste betreft: de muziek mag dan ingehouden klinken, variaties in volume zijn er volop, variërend van bijna muisstil tot beduidend luider. In dat laatste geval ontstaat een geweldige spanning, omdat je als luisteraar min of meer verwacht dat de muzikanten door zullen pakken en gaan bouwen aan een voller geluid of zelfs een climax. Niets van dat alles bij Tonus; er worden geen concessies gedaan aan de minimale beginselen. De weerbarstigheid zit in de soms schurende samenklanken. ongemakkelijke bewegingen en het onconventionele spel.
Het mooie van het Tonus-project is, naast de uitgebreide mogelijkheden die de opzet biedt, dat elke muzikant zijn individuele stem behoudt terwijl het gezamenlijk musiceren voorop staat. ‘Gezamenlijk’ betekent hier niet ‘allemaal tegelijk’. Het is voor iedere muzikant zaak om het juiste moment te kiezen om zijn of haar tonen toe te voegen aan de minimale klanken die om hem of haar heen worden gespeeld. Dat levert (ook) in het geval van Intermediate Obscurities III een spannend en op minimale wijze luisterrijk album op.”
You must be logged in to post a comment.